woensdag 22 januari 2014

26 januari 2014, 3e van de Epifanie, de openbaring

Welkom bij Wat lezen we deze week!
Hier vind je elke week de Bijbel teksten die een miljoen+ mensen lezen en/of horen als ze naar de kerk gaan. Er is namelijk een leesrooster waar -alleen al in Nederland- wel 1000 kerken aan meedoen. Hun kerkgangers horen elke week hetzelfde verhaal, maar natuurlijk wel anders 'gebracht' door de dominee/priester.

Op belangrijke (feest)dagen worden uiteraard de vaste, bijbehorende Bijbelteksten gelezen, met kerst lezen we een van de versies van de geboorte van Jezus, met Pasen over de wederopstanding en met Pinksteren over de uitstorting van de Heilige Geest. Het rooster wordt gemaakt voor 3 jaar, A, B en C en om te voorkomen de kerken om de 3 jaar hetzelfde lezen wordt ook een alternatief leesrooster gemaakt

PERIODE
26 januari 2014, is de 3e zondag van de Epifanie, de openbaring dat Jezus Christus de zoon van God is.

De Bach cantates voor deze zondag zijn “Herr, wie du willt, so schicks mit mir” (BWV 73), “Was mein Gott will, das g'scheh allzeit” (Koraalcantate BWV 111), “Alles nur nach Gottes Willen” (BWV 72) en ''Ich steh mit einem Fuss im Grabe” (BWV 156).

De teksten horen bij Mattheüs 8:1-13. Genezing van een melaatse; de centurio in Kapernaüm”, dat lees ik niet en staat ook niet op het (alternatief) leesrooster.

Op You Tube: J.S. Bach (1685-1750) “Alles Nur Nach Gottes Willen” (BWV 72) met hobo Masamitsu San'Nomiya, Viool Natsumi Wakamatsu, Altviool, Sopraan Rachel Nicholls, Alt Robin Blaze, Bas Peter Kooij en het Bach Collegium Japan onder leiding van Masaaki Suzuki.
1. [Chorus] -
Alles Nur Nach Gottes Willen...
2. Recitativo (Alto) -
O Selger Christ...
3. Aria (Alto) -
Mit Allem, Was Ich Hab Und Bin...
4. Recitativo (Basso) -
So Glaube Nun!...
5. Aria (Soprano) -
Mein Jesus Will Es Tun...
6. Choral -
Was Mein Gott Will, Das G'scheh Allzeit...
(15m26) Link YouTube

Of kijk op dit blog op 22jan12 naar J.S. Bach (1685-1750) "Herr, wie du willst, so schicks mit mir" (BWV 73) gezongen door Thomas Quasthoff, bass (4m18).

Of kijk op dit blog op 23jan2011 naar J.S.Bach (1685-1750)Was mein Gott will, das g'scheh allzeit” (Koraalcantate BWV 111) door het Bach Kollegium Stuttgart & Gächinger kantorei, dirigent Fausto Fungaroli. Geplaatst 25mei2008 (5m22)

Concert tips
Zo26jan om 10.30 uur in de Kloosterkerk, hoek Lange Voorhout BNNieuwe Parkstraat, Den Haag, "Herr, wie du willst, so schicks mit mir" (BWV 73). Uitgevoerd door Jos Vermunt en de Residentie Bachensembles. Link Stichting Cantatediensten Kloosterkerk.
Zo26jan om 10.30 uur in de Westerkerk, Prinsegracht 281, Amsterdam. Alles Nur Nach Gottes Willen” (BWV 72) Uitgevoerd door JanJoost van Elburg en het Westerkerkkoor & Bachorkest. Link Westerkerk
Zo26jan om 10.30 uur in de Lutherse Kerk, Spoorwegstraat 8, Arnhem. "Herr, wie du willst, so schicks mit mir" (BWV 73). Uitgevoerd door Susanne Paulsen en het Bachensemble Arnhem. Link Stichting Lutherse Kerk Arnhem
Cantates staan op de cantate agenda van Eduard van Hengel Link eduardvh (links in het menu)


TEKST(EN)
Op het alternatief leesrooster staan deze week geen teksten, daarom lees weer over een Bijbelse vrouw en weer met een Deuterocanoniek boek: Esther. 
 
Op het gewone leesrooster staat: Jesaja 49:1-7, Psalm 139:1-12, (1 Korintiers 1:1-9), Mattheus 4:12-22. Dat las ik op 23januari11 met uitzondering van de brief aan de Korintiërs. Het gezang is Lied 139a – Gij kent mij, Heer, leer mij U kennen een bewerking van Psalm 139. Gemaakt door de dichter Wiel Kusters op verzoek van de liedboekredactie. De melodie is van Eric Jan Joosse. ‘Gij kent mij, Heer, leer mij U kennen. Gij denkt mij, ik denk met U mee. Gij leidt mij, maar wil mij niet mennen, ik draaf als een paard langs uw zee.’

ESTHER
Esther is het 17e boek van het Oude Testament en het 3e Deuterocanonieke boek. Er zijn twee versies gangbaar. De Protestanten gebruiken de tekst uit de Tenach, de Hebreeuwse bijbel, van 10 hoofdstukken. NB In sommige Bijbels of online (biblia.net) staat Esther dan twee keer. De Rooms-Katholieke versie in de Deuterocanonieke boeken is gebaseerd op de in het volks Grieks geschreven Septuagint en bevat naast de 10 door de Protestanten erkende hoofdstukken zes door de tekst verspreide aanvullingen.

Zoals gezegd de boekrollen van Esther zijn opgenomen in de Hebreeuwse Bijbel, de Tenach en wordt gelezen bij het Joodse Poerimfeest, of het Lot(en) feest. Men herdenkt dan de gunstige wending van het lot van de Joden die in de vijfde eeuw v.Chr. in ballingschap leefden in het Perzische Rijk. Een complot om de Joden uit te roeien, werd door Esther voorkomen. Het staat in het verhaal van Esther, dus daarom wordt het op het Poerimfeest (9:20-23) gelezen.

Esther, een Joodse maagd, 2:8 was lieftallig en mooi werd de nieuwe vrouw van de Perzische koning Ahasveros (Xerxes), nadat hij zijn echtgenote Wasti had verstoten. Wasti had hem 2 keer niet gehoorzaamd en ingefluisterd dat dit een feministische golf zou veroorzaken besloot de koning tot drastische actie. Esther redde al snel het leven van haar man nadat haar oom en pleegvader Mordechai een complot van 2 eunuchen had afgeluisterd (Esther 2) Hiervoor werd Mordechai niet beloond, hetgeen later zijn leven redt. Maar Esther redt alle Joden.

De hooggeplaatste aan het hof, Haman, wilde de Mordechai laten ombrengen omdat hij als enige niet voor hem boog. Toen hij hoorde dat Mordechai Joods was, wilde hij alle Joden uitroeien (die voor niemand bogen, alleen voor de Heer). Esther had op aanraden van haar oom verborgen gehouden dat zij Joods was. Mordechai en haar neef waarschuwden Esther. Zij wisten dat Haman de dag dit moest gebeuren -naar Perzisch gebruik- door een lot, 'poer' had bepaald. De koning stemde per wet in met Haman's plan die hem beloofde 10.000 talent zilver te geven.

Toen Esther hoorde wat er gebeurd was vastte ze 3 dagen en ging toen naar haar man, die al haar wensen wilde vervullen. Ook Esthers wens om haar en haar volk te sparen 7:r3 'Majesteit, als u mij goedgezind bent en als het de koning goeddunkt, schenk mij en ook mijn volk dan het leven; dat is wat ik wil vragen, dat is mijn wens. 4 Want we zijn verkocht, mijn volk en ik, om gedood te worden en volledig te worden uitgeroeid. Als we waren verkocht als slaven en slavinnen, dan zou ik hebben gezwegen, want zo’n ramp zou de belangen van de koning niet schaden.’ De koning komt tot inkeer, laat de wet intrekken en Haman oppakken. Hij wordt nu zelf ter dood gebracht. Zijn bezittingen worden aan Esther geschonken die ze door Mordechai laat beheren. Deze potentiële doemdag voor de Joden werd zo een feestdag.

Esther 8:1 daarna ging een schrijven uit door het hele rijk waarin stond dat de koning de Joden in alle steden het recht gaf om zich aaneen te sluiten en hun leven te verdedigen; iedere groep gewapenden van welk volk of uit welke provincie ook die hen en hun vrouwen en kinderen zou willen aanvallen, mochten ze tot de laatste man doden, en hun bezittingen mochten ze buitmaken... (maar ze raken de bezittingen niet aan).

Verrassend: Esther 8:17 En uit alle volken van het land sloten zich velen bij de Joden aan, want angst voor de Joden had zich van hen meester gemaakt … Esther 9:2 Die dag sloten de Joden zich in alle steden aaneen, in alle provincies van koning Ahasveros’ rijk, om hen die op hun ondergang uit waren om te brengen. Niemand hield stand tegen de Joden, want angst voor hen had zich van alle volken meester gemaakt … Esther 9:5 De Joden sloegen met het zwaard op al hun vijanden in en zaaiden dood en verderf, ze deden met hun belagers wat ze wilden. 6 In de burcht van Susa doodden ze niet minder dan vijfhonderd man. (waaronder Hamans 10 zonen)

Esther 9:16-17 Ook de andere Joden, elders in de provincies van het koninkrijk, hadden zich aaneengesloten en hun leven verdedigd. Op de dertiende dag van de maand adar verzekerden zij zich van rust door vijfenzeventigduizend van hun belagers te doden; hun bezittingen echter raakten ze met geen vinger aan. Op de veertiende van die maand hadden ze rust, en ze maakten van die dag een dag van feestmalen en feestvreugde. (Poerim) Esther 9:29 Koningin Ester, de dochter van Abichaïl, stelde samen met de Jood Mordechai een tweede schrijven op om Poerim nadrukkelijk verplicht te stellen. … 31b ook koningin Ester legde hun dit nu op – en de verplichtingen nakomen die zij voor zichzelf en voor hun nakomelingen waren aangegaan wat betreft vasten en weeklagen. Esther 10 (slot) Mordechai, de Jood, volgde in rang immers onmiddellijk op koning Ahasveros. Hij stond bij de Joden in aanzien en was bij hen allen geliefd, want hij streefde het geluk van zijn volk na en was een pleitbezorger voor het welzijn van allen die tot dit volk behoorden.

Maar Esther wordt meer vereerd dan Mordechai. Ik heb als Bijbeltekst boekrol 9 gekozen waarin het verhaal kort wordt samengevat en dat traditioneel op Poerim wordt gelezen en bij protestanten populair is tijdens Reminiscere, de 2e zondag van de 40-dagentijd, de periode voor bezinning. De zondag heet naar Psalm 25:6 in het Latijn "Reminiscere miserationum tuarum Domine et misericordiarum tuarum quia a saeculo sunt" In het introïtus: Gedenk, o Heer, uw barmhartigheid en uw altijd geschonken ontferming; dat onze vijanden ons nooit overheersen. Mijn God, maak Israël vrij van alles waardoor het gekweld wordt. (Psalm 25:6) Tot U, Heer, verhef ik mijn geest; op U mijn God, vertrouw ik; beschaam mij niet.

Kunst tip: Koningin Esther door Andrea del Castagno (1421–1457) circa 1450. Nu in het Galleria degli Uffizi, Florence, Italië. Link: Wikipaintings/Andrea-del-Castagno/Queen-Esther

Kunst tip: Esther en Mordechai door Aert de Gelder (1645–1727),circa 1685. Nu in het Museum of Fine Arts Budapest, Hongarije. Link Wikimedia/AertdeGelder

Kunst tip: De Esther boekrol, geschreven door Salom Italia (1619-na 1655) in Amsterdam, circa 1641. Pen en inkt op perkament. Nu in het Jewish Museum, New York, USA. Gift van de Joodse Gemeente in Danzig, Polen. Link thejewishmuseum/onlinecollection

ESTHER 9: 20-32
Voorschriften voor het poerimfeest
20 Mordechai stelde al deze gebeurtenissen op schrift en hij stuurde brieven naar de Joden in alle provincies van koning Ahasveros’ rijk, of ze nu dichtbij woonden of ver weg. 21 Daarin verplichtte hij hen ertoe om elk jaar opnieuw zowel de veertiende als de vijftiende dag van de maand adar te vieren, 22 omdat dit de dagen waren waarop de Joden rust gekregen hadden en niet meer door hun vijanden werden bedreigd, en omdat dit de maand was waarin droefheid was veranderd in vreugde en waarin rouw was veranderd in feest. Ze moesten er dagen van feestmalen en feestvreugde van maken, dagen waarop ze elkaar lekkernijen stuurden en geschenken gaven aan de armen. 23 De Joden gaven gevolg aan wat Mordechai hun schreef, en maakten zo een vast gebruik van iets waarmee ze zelf al een begin hadden gemaakt. 

24 Want zo was het gegaan: Haman, de zoon van Hammedata, een nakomeling van Agag en de vijand van alle Joden, had een plan beraamd om de Joden uit te roeien. Hij had het poer, dat wil zeggen het lot, laten werpen om paniek onder hen te zaaien en hen te kunnen uitroeien. 25 Maar nadat Ester zich tot de koning had gewend, gaf deze niet alleen toestemming om een brief te schrijven, maar besloot hij ook dat het onheil dat Haman met zijn verderfelijke plan tegen de Joden had beraamd, op diens eigen hoofd zou neerkomen. Hij en zijn zonen werden aan de paal gehangen. 26 Het is naar het woord poer dat deze dagen Poerim worden genoemd.

Daarom – vanwege de inhoud van het schrijven van Mordechai, en vanwege alles wat ze hadden meegemaakt en wat hun was overkomen – 27 namen de Joden de verplichting op zich om deze beide dagen nooit ongemerkt voorbij te laten gaan, maar ze elk jaar te vieren op de voorgeschreven wijze en op de vastgestelde tijd. Ze wilden dit tot een vast gebruik maken voor zichzelf en voor hun nakomelingen, en voor allen die zich bij hen zouden aansluiten. 28 De herinnering aan deze dagen moest levend gehouden worden: ze moesten worden gevierd door elke generatie en door elke familie, in iedere provincie en in iedere stad. Nooit mocht de viering van deze poerimdagen bij de Joden in onbruik raken, en ook bij hun nakomelingen mochten ze niet in vergetelheid raken.

29 Koningin Ester, de dochter van Abichaïl, stelde samen met de Jood Mordechai een tweede schrijven op om Poerim nadrukkelijk verplicht te stellen. 30 Er werden brieven gestuurd naar alle Joden in alle honderdzevenentwintig provincies van Ahasveros’ koninkrijk, met betuigingen van vriendschap en trouw. 31 Daarin werd de viering van Poerim op de vastgestelde tijd verplicht gesteld: ze moesten zich houden aan wat de Jood Mordechai hun had opgelegd – ook koningin Ester legde hun dit nu op – en de verplichtingen nakomen die zij voor zichzelf en voor hun nakomelingen waren aangegaan wat betreft vasten en weeklagen. 32 Esters bevelschrift bevatte bindende voorschriften voor de poerimdagen, en de inhoud ervan werd te boek gesteld.
Nieuwe Bijbelvertaling. Esther 9


Liever luisteren?
Marion Seiffers uit Rotterdam op voorleesbijbel Of ga naar downloadbijbel Esther is het 17e boek van het Oude Testament of het 3e Deuterocanonieke boek. NB De eerdere boeken 1-4:17 worden voorgelezen door Paul de Leeuw die een interview gaf over zijn medewerking. Link EO

Liever live?
Vrij kansloos vrees ik Poerim, valt dit jaar op 16 maart. Kijk op churchatwork voor een dienst bij u in de buurt en wat ze daar lezen.

Preek van ds Jan Haveman voor de GoedeHerderkerk Gereformeerd Vrijgemaakt (streng) in Emmen op 20maart11 over het Feest van de Ommekeer (Poerim) en het bredere antisemitisme van de Amelekieten en what might (not) have been. Link (pdf) JanHavemanl/Preek Ester

Op You Tube: In het Engels, zonder ondertiteling, een complete film (117m) One Night with the King over een weesje dat haar volk redde. Uit 2004 (2006?) met Tiffany Dupont en Luke Goss en Peter O Toole als de profeet Samuel. Meer op IMDB. Uit de mooie intro van de film: From whence comes the purpose of a person's life? Come it by chance, a casting of the lot, or does a call of destiny beckon to each of us? Many have wondered about my little Hadassah and why a simple Jewish orphan was chosen to stand against the annihilation of her people. And yet the mystery of the girl most know as Esther begins not where one might think, but 500 years earlier with a single act of disobedience. Link youtube


GEBED
Vast onderdeel van de afsluiting van een kerkdienst is een gebed en het (gezamenlijk) uitspreken van het 'Onze Vader' Het gebed dat Jezus heeft geleerd in Mattheus 6:9-13. Deze keer kies ik voor het gebed, meer een pleidooi, van Esther dat in de Katholiek versie van het boek Esther wel is opgenomen. Het volgt net na het veel langere gebed van Mordechai: Bijbel, uit de Willibrordbijbel. Opvallend is het (gebrek aan) uiterlijk vertoon bij haar gebed in r10.

10 Ook koningin Ester nam in doodsnood haar toevlucht tot de Heer. Zij legde haar staatsiekleren af en trok rouw- en treurgewaden aan. In plaats van fijne reukwerken strooide zij as en drek op haar hoofd. Zij kastijdde haar lichaam streng, en overal waar zij vroeger een weelde aan sieraden droeg liet zij nu haar verwarde haren hangen.

Gebed van EsterEn zij bad als volgt tot de Heer, de God van Israël: 11 ‘Mijn Heer, onze koning, U bent de Enige! Kom mij te hulp, ik die alleen sta en geen andere helper heb dan U, want ik ga een groot gevaar tegemoet. 12 Vanaf mijn geboorte heb ik in de stam, waaruit ik voortkom, gehoord, dat U Heer, uit alle naties Israël en uit al hun voorouders onze vaderen hebt aangenomen als een blijvend erfdeel, en dat U voor hen alles hebt gedaan wat U beloofd had. 13 Wij echter hebben tegen U gezondigd en U hebt ons aan onze vijanden uitgeleverd, omdat wij hun goden geëerd hebben. U bent rechtvaardig, Heer!

14 Nu echter is onze bittere slavernij hun niet meer genoeg; zij hebben tegenover hun afgoden op handslag beloofd de toezegging uit uw mond te verijdelen, uw erfdeel te vernietigen, de mond te snoeren van hen die U prijzen, de luister van uw huis en uw altaar uit te doven, 15 de mond van de naties te openen om hun waangoden te prijzen, en eeuwige eerbied af te dwingen voor een vergankelijke koning. 16 Geef uw scepter, Heer, niet prijs aan hen* die niet bestaan en laat ze niet lachen om onze ellende. Keer hun plan tegen henzelf en stel de man die tegen ons begonnen is aan de kaak. 17 Gedenk ons, Heer, openbaar u in het uur van onze nood en geef mij moed, U, koning van de goden en heerser over alle heerschappij. 18 Leg mij een gelukkig woord in de mond, als ik tegenover de leeuw sta; verander zijn gezindheid en breng hem tot haat tegen de man die ons bestrijdt, zodat hij en zijn medestanders te gronde gaan. 19 Red ons door uw hand en kom mij te hulp, want ik sta alleen en heb niemand anders dan U, Heer. 20 Van alles draagt U kennis en U weet ook, dat ik het eerbetoon van de wettelozen verfoei en het bed verafschuw van de onbesnedenen en van alle vreemdelingen. 21 U weet, dat ik niet anders kan en dat ik een afschuw heb van het teken van mijn waardigheid, dat ik op mijn hoofd draag op de dagen dat ik mij vertonen moet. Ik walg ervan, als van een doek vol menstruatiebloed en ik draag het nooit op de dagen dat ik rust heb. 22 Uw dienares heeft niet gegeten van de tafel van Haman, en ik heb geen feestmaal van de koning eer aangedaan en ik heb niet gedronken van de offerwijn. 23 Sinds de dag dat ik hierheen ben overgebracht tot vandaag toe, heeft uw dienares haar vreugde alleen gevonden in U, Heer, God van Abraham. 24 God, U die macht hebt over iedereen, aanhoor de stem van de wanhopigen, red ons uit de hand van de boosdoeners, red mij uit mijn angst.’ Bron: Bijbel.net

VOLGENDE WEEK
2 februari 2014, 4e van de Epifanie.

Sefanja 2:3-3:9-13
Psalm 37:1-11
(1 Korinthiërs 1:18:31)
Matteüs 5:1

Dat las ik op 30januari11 (zonder de brief aan de Korinthiërs) ik lees over Deborah een profetes uit het boek Richteren, Rechters Wikipedia/Debora

Contact: Reactie en opmerkingen graag naar
watlezenwedezeweek @ yahoo.com


Geen opmerkingen:

Een reactie posten